Bongerd


 

*

 

Van april 2014 tot april 2015 fotografeerde ik wekelijks de hoogstam-appelboomgaard van de oude buitenplaats De Elshof, gelegen tussen Nijmegen en Malden. Die is zo’n honderd tot honderdvijftig jaar oud, maar wordt niet meer geëxploiteerd. Op en af langs de ladder tegen die hoge stammen is te arbeidsintensief, en dus te kostbaar.

Twee jaar eerder was ik in de Donaudelta getrakteerd op een wielewaal. Die vogelsoort, met prachtvolle zang en geel vederdek, heeft in onze contreien zwaar te lijden gekregen onder die overgang naar snel te exploiteren lage fruitbomen. Dat moment in de delta ging me niet uit het hoofd: ik besloot tot een fotoreeks van die oude appelbongerd in de nabijheid van mijn woning.
Bij een van de wekelijkse rondes sprak ik met twee oudere dames. Een van hen bleek een paar weken eerder in de bossen rondom een wielewaal te hebben gehoord en zelfs gezien. Het was eenzelfde onthutsende ervaring als die van mij te Roemenië: een capricieuze schoonheid van zang, en onverhoeds flitsend geel.

Zo’n boomgaard zelf is vanzelfsprekend geen zuiver natuurproduct, maar een menselijke organisatievorm. Bovendien ligt deze pal aan de provinciale weg, en langszij bevindt zich een pad waar huizen staan. Zo houden de foto’s zich ook bezig met de wisselwerking tussen natuurlijke en menselijke elementen. Ze tonen de passanten in de bongerd, net zo goed als de veren van een gevelde vogel of de appels in verschillende stadia tussen rijpen en verrotting. De begroeiing wordt enkele weken per jaar door weidende schapen in toom gehouden, onder toezicht van een herder. En wie goed kijkt, ziet zelfs op de achtergrond de intocht van de Nijmeegse Vierdaagse. Uiteindelijk zien we vooral de gang van lente naar lente; van vol warm groen naar vol warme groen.

En die ene wielewaal? Ook die vertoonde zich: tijdens de laatste ronde – maar te snel voor de camera. Hij is de Nederlandse hoogstamboomgaarden in elk geval niet vergeten.

[Voorwoord van de boekuitgave in voorbereiding; daarin van elke week twee foto’s]